Civiele zaken

Outlaw Motorcycle Gangs

De afgelopen jaren heeft het Openbaar Ministerie (OM) een verbod en de ontbinding gevraagd van verschillende Outlaw Motorcycle Gangs. De grondslag hiervoor is dat zij hebben gehandeld in strijd met de openbare orde. Rechtbanken en gerechtshoven verspreid door het land hebben al verschillende keren zo’n verbod uitgesproken. In 2020 heeft de Hoge Raad geoordeeld in de cassatieberoepen tegen de uitspraken waarbij de motorclubs Satudarah en Bandidos zijn verboden.

Motorclub Satudarah
In de zaak over het verbod van Satudarah verwierp de Hoge Raad het cassatieberoep van Satudarah tegen de uitspraak van het gerechtshof Den Haag met een verkorte motivering. Die verkorte motivering is mogelijk als de Hoge Raad bij beoordeling van de klachten over de uitspraak van een rechter tot het oordeel komt dat het cassatieberoep geen kans van slagen heeft en het niet nodig is om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht.

ARREST
HR 13 november 2020, ECLI:NL:HR:2020:1789

NIEUWSBERICHT
Verbod en ontbinding motorclub Satudarah Motorcycle blijft in stand

Motorclub Bandidos
In de zaak over het verbod van Bandidos verwierp de Hoge Raad het cassatieberoep van het OM tegen de uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het hof oordeelde dat Bandidos Holland een zelfstandige vereniging was die handelde in strijd met de openbare orde, en verbood en ontbond om die reden Bandidos Holland. Bij dit oordeel heeft Bandidos Holland zich neergelegd. Het was in de cassatieprocedure niet meer aan de orde. Het hof oordeelde ook dat het verbod van Bandidos Holland geen betrekking heeft op andere zelfstandige, lokale Bandidos-motorclubs in Nederland, de zogenoemde chapters. Ook het verzoek van het OM dat zich richtte tegen Bandidos Internationaal had geen succes omdat het OM niet aannemelijk had weten te maken dat een wereldwijde Bandidos-organisatie bestaat. Hoewel over de hele wereld Bandidos-motorclubs bestaan en actief zijn, was volgens het hof niet komen vast te staan dat er een wereldwijde Bandidos-organisatie is die als een zelfstandige eenheid naar buiten optreedt.

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de uitspraak van het hof in stand kon blijven. Het hof heeft volgens de Hoge Raad kunnen oordelen dat het OM niet aannemelijk had weten te maken dat een wereldwijde Bandidos-organisatie bestaat. Daarom kon het hof ook niet verklaren dat het doel of de werkzaamheid van Bandidos Internationaal in strijd is met de openbare orde. Dit oordeel illustreert een belangrijk aspect van de cassatieprocedure. Als een procespartij klaagt over de beoordeling en waardering van feiten door een gerechtshof (zoals hier: het wel of niet bestaan van Bandidos Internationaal), dan stelt de Hoge Raad niet zijn eigen oordeel daarvoor in de plaats. De Hoge Raad beoordeelt in dat geval of het gerechtshof tot zijn oordeel heeft kunnen komen (of het oordeel ‘niet onbegrijpelijk is’) en of het voldoende is gemotiveerd.

Het oordeel van het hof dat de lokale Nederlandse Bandidos chapters niet onder het verbod van Bandidos Holland vielen, bleef ook in stand. De chapters zijn zelfstandige verenigingen en hebben dus rechtspersoonlijkheid. Het gevolg hiervan is dat het verbod van Bandidos Holland zich niet uitstrekt tot de lokale Nederlandse chapters. De wet bepaalt uitdrukkelijk dat ‘een rechtspersoon waarvan de werkzaamheid in strijd is met de openbare orde’ op verzoek van het OM verboden wordt verklaard en wordt ontbonden. Dit betekent volgens de Hoge Raad – ook in het licht van het grondrecht van vrijheid van vereniging – dat uitsluitend de rechtspersoon waartegen het verzoek van het OM is gericht, verboden en ontbonden kan worden. Toewijzing van een dergelijk verzoek heeft dus niet tot gevolg dat daarmee een andere rechtspersoon wordt verboden, ook niet als die andere rechtspersoon een afdeling is van de hoofdvereniging. Dit oordeel illustreert dat de Hoge Raad wel voluit beoordeelt of het hof van een juiste rechtsopvatting is uitgegaan. Als dat niet het geval is geweest, kan de Hoge Raad de uitspraak van het hof vernietigen. Daarvoor bestond in de zaak van de Bandidos echter geen aanleiding. De uitspraak van de Hoge Raad betekent dat het OM ten aanzien van iedere afzonderlijke rechtspersoon die het wil laten verbieden, een verzoek tot verbodenverklaring en ontbinding moet doen.

ARREST
HR 24 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:797

NIEUWSBERICHT
Verbod Bandidos Holland betekent niet ook een verbod van de lokale Nederlandse chapters